REBOELJE biografie

Reboelje heeft zich de afgelopen jaren intensief gericht op diverse opmerkelijke optredens en projecten. Zo speelden zij onder andere in de grote Friese theaterzalen, in kroegen, café's en dorpshuizen, maar ook in de open lucht zoals het Oerol-festival op Terschelling, Frozenland in De Groene Ster bij Leeuwarden en aan de rand van het IJsselmeer bij Oudemirdum. De eerste serie cd's werd afgerond met een compilatie-album dat in 1998 verscheen. Reboelje timmerde op dat moment al 10 jaar aan de weg met uitsluitend Friese muziek. Dit album kreeg de naam HOTEL Reboelje naar een roemruchte serie Hotel-concerten in het Friese Zürich.
Daarna verzorgde de groep in samenwerking met de slagwerkgroep Femmes Vattaal, onder de noemer 'Eilân yn de see' een exclusieve concertreeks in en op de kerk van Midsland (Terschelling) tijdens het Oerol-festival in 1999. De bekendste single van Reboelje was 'Marije Maria'. Het nummer kreeg veel airplay en werd in 2001 en 2002 genoteerd als nummer één in de Friese top honderd aller tijden. 'Marije Maria' verscheen in 2000 op het dan nieuwe album 'De Oere 0 #1'. Eeven daarvoor verscheen de laatste single "De lêste nacht'. De komst van #2 werd uitgesteld door de projecten 'Wûnslân', 'Blau Paradys' en 'Gysbert Gysbert'. Aan het laatste project deed Marius de Boer nog mee, maar hij nam halverwege de voorbereidingen een time-out. Na afloop van het project namen de bandleden op 2 november 2003 het gezamenlijke besluit te stoppen met Reboelje, de fans achterlatend met herinneringen aan hoe het ooit begon...


Het verhaal van Reboelje

Als de muziekvrienden Rommert Reitsma, Durk Hogendorp en Tiede Lanting in contact komen met Marius de Boer en Tjerk Bootsma is daar het vruchtbare begin van wat niet veel later Reboelje zal gaan heten. 'Reboelje' is het Friese woord voor 'oproer'. In de stal van boer Bootsma in het landelijke dorpje Kubaard wordt driftig geoefend. Een gedeelde eerste plaats op een talentenjacht in Assen is het eerste wapenfeit, het levert een dagje studiotijd op.

De demo 'Reboelje yn in sabeare wrâld' (1987) wordt opgenomen. Later gevolgd door de cd 'Skepper fan de Skepper' (1989). Inmiddels een collecters-item. Een plaat met opmerkelijke teksten over geloof, mystiek en onbegrip die - ondanks de matige (low budget) productie - door de pers goed wordt ontvangen. Ondertussen maakt Reboelje faam met gedreven live-optredens waarbij de onvoorspelbare presentatie van zanger Marius de Boer het publiek menigmaal verbijsterd.

Een korte tour door het trieste Polen in 1990 geeft de juiste inspiratie voor het schrijven van een waar kunst-stukje: 'Sielesiik'. Het nummer verschijnt als B-kant op de vinyl-single 'de Swarte Ridder', maar krijgt echter onverwacht veel airplay en wordt een ware cult-hit. Eenmaal terug op vertrouwde bodem wordt de sfeervolle concept-cd 'Magysk Teater' in elkaar gepuzzeld. Geïnspireerd door het boek 'Der Steppenwolf' van Herman Hesse wordt krachtige poëzie gecombineerd met gepassioneerde, naar folk neigende popmuziek. Het vioolspel van Remi Adriaanz geeft hieraan nog een extra dimensie. Via de 'De popkrant', 'Leidse Kade Live' en een prachtige videoclip van 'Sielesiik', die door VPRO's 'Moord-tv' de televisie bereikt, komt Reboelje voor de eerste maal op het Noorderslag festival te Groningen. Het optreden maakt indruk. Opnames van het concert worden door Jan Douwe Kroeske geselecteerd voor een overzichtsprogramma met de beste live-momenten van dat jaar.

In 1992 wordt de weer meer op gitaarrock gebaseerde de mini-cd 'Simmersnie' opgenomen. Voor het eerst wordt nu ook de hulp ingeroepen van een professionele producer 'Di Maestro', hij smeedt het geluid tot de juiste verhoudingen met het gevolg dat een professioneel klinkende cd de persen verlaat. Op de cd staat de latere single 'De Fûgel Yn Dy' . In 1998 staat 'De Fûgel Yn Dy' achter 'In Nije Dei' van 'De Kast' op de tweede plaats in de Friese top 50 aller tijden.

In 1992 wordt ook een redelijk succesvolle tour door Frankrijk gemaakt. Een jaar later lijkt het hek van de Franse dam. Terwijl het Nederlands elftal 2-2 gelijk speelt tegen Engeland op Wimbledon, rammelt Reboelje de pannen van het dak in La Rochelle aan de Atlantische kust. Een paar dagen later blijken ook de taferelen in Nantes van een memorabel gehalte. Hetzelfde jaar wordt Engeland bezocht voor promotie van de single van 'De Fûgel Yn Dy'. Na een akoestische veldslag door London speelt Reboelje live voor de BBC radio.

In September 1993 wordt Reboelje door de VARA uitgenodigd voor een "Twee meter sessie". Te beperkt door het gebruik van uitsluitend akoestische instrumenten speelt Reboelje een aantal van haar nieuwe nummers, die een half jaar later pas goed uit de verf komen op de nieuwe cd Medusa. De eindmix voor Medusa is opnieuw in handen van 'Di Maestro'.

'Medusa' wordt op eigenzinnige manier gepresenteerd in een gewaagde theatrale productie waarin dwazen, landlopers en pelgrims de toon zetten. Reboelje laat zich daarbij, evenals op de cd, begeleiden door cellist Carel van Leeuwen en violist Remi Adriaansz. Het meer dan uitverkochte Leeuwarder Theater Romein barst bijna letterlijk uit haar voegen. Twee dagen later wordt Reboelje met eenzelfde enthousiasme onthaald als het Amsterdamse Plein-theater er aan moet geloven. Begeleid door krantenkoppen "Ambities Reboelje gaan verder dan Rock & Roll" en "Reboelje verlegt horizon" slaat Reboelje langzamerhand een nieuwe weg in.

De pers spreekt zonder uitzondering lovend over 'Medusa'.
Enkele citaten:

En voor de tweede maal kan Reboelje op het Noorderslag-festival bewijzen hoe de band zich verder ontwikkeld heeft.

Na Medusa wordt langzamerhand duidelijk dat de band voor de dag wil komen met een echt theaterprogramma. Begin 1996 ontwikkelt Reboelje het eerste scenario van wat later het indrukwekkende project 'De Brulloft' zal worden. Ondertussen worden volstrekt los van 'De Brulloft' en dwars door alle voorbereidingen van het totaaltheaterstuk heen vijf nieuwe nummers en een merkwaardig Japans tussenwerpsel opgenomen en vastgelegd op de mini-cd 'Merkeman' die twee weken voor de première van 'De Brulloft' uitkomt. Door de ongelukkige samenloop met 'De Brulloft ' wordt voor deze cd geen promotie gedaan. Doodzonde, want de 'vergeten Reboelje cd', is alles behalve een nakomertje van 'Medusa'. Merkeman bevat een aantal zeer afwisselende nummers die de artistieke vooruitgang van Reboelje bevestigen. De samenwerking met producer Phil Mills (van o.a. Nerve) leidt tot een bijzonder, ruimtelijke en dynamische sound, die een heel andere benadering van Reboelje laat zien dan het voorgaande werk.


De Brulloft

Intussen wordt 'De Brulloft' werkelijkheid. Totaaltheater met een perfecte balans tussen film, dia's, muziek, toneel, theater en realiteit. Een flinterdun maar fascinerend verhaal, rond de bruiloft van een meisje met een incestverleden; een gebrandmerkt meisje. Niet eerder in de geschiedenis van de Nederlandse popmuziek was iets vergelijkbaars gedaan. Na de succesvolle première in het dorpje Easterein zijn alle - en zelfs extra - voorstellingen van 'De Brulloft' uitverkocht. Dit en de lovende recensies uit de theaterwereld waren reden genoeg voor het NOS tv-programma 'NOVA' om er een reportage over uit te zenden op de Nederlandse televisie.

In december 1997 vind de uitgebreide slotvoorstelling plaats. Na een wonderbaarlijke kerkdienst zwaaien toeschouwers het bruidspaar uit dat per koets vertrekt. Een boottocht brengt ook hen naar de trouwzaal in het plaatsje Deinum om daar een zinderende voorstelling te ondergaan, met als klapstuk 'De Tunnel fan it Ljocht'. Een speciale trein brengt hen zes uur later weer terug naar de de Friese hoofdstad.

Een live-cd van 'De Brulloft' kan niet uitblijven. De Nederlandse muziekpers, die de voorstellingen negeerde, laat niet na de cd te recenseren. Oor schrijft dat de muziek van 'De Brulloft' over het algemeen nogal theatraal is, andere recensenten zijn genuanceerder. Met name 'Kom Mar, Kom Mar' ,'Tunnel fan it Ljocht' en 'Ke Sera sera' worden gewaardeerd.

Fanclub

Steeds meer mensen raken in de ban van het werk van Reboelje. Een direct gevolg hiervan is in 1997 de oprichting van 'Hamanaras', een blad voor en door enthousiaste Reboelje-fans. Anderen starten een Reboelje-homepage op het internet.

In het voorjaar van 1998 is het 'feest' in Friesland. Fryslân 500 (1498-1998) is de gelegenheid en Reboelje is op 5 juni één van de topacts op Frozenland. Nog vóór het optreden wordt er in de 'Hamanaras' al het nodige over gediscussieerd. Fryslân 500 is omstreden zeggen sommigen. Het doet juist afbreuk aan het het fries en daar zou Reboelje zich niet mee moeten inlaten. Maar Reboelje speelt wel. Samen met het Frysk Jeugdorkest brengen ze het openingsnummer "Paradys'. Het klinkt als een ode aan het mooie friese land, maar na de tempowisseling blijkt dit paradijs liever geen plaats te bieden aan vreemdelingen: "wa bisto, wer hearst do by, sjoch ús oan, wat komst hjir dwaan?". De arrangementen zijn van Phil Mills. Verder dan een amateurvideo komt het niet. Het nummer verschijnt niet op cd en Mills raakt uit beeld.

Hotel Reboelje

Ondertussen staat Reboelje voor een dilemma: Hoe 'De Brulloft' te overtreffen? De band besluit plannen in een hele andere richting te maken. In een door Reboelje-bassist Tsjerk Bootsma opgekocht hotel in het afgelegen Friese Zürich - wordt een serie optredens gepland. Een kleine zaal, sumiere middelen en een ontspannen sfeer. Zoals bijna gebruikelijk is ook Hotel Reboelje iedere avond uitverkocht. In tegenstelling tot 'De Brulloft' is Hotel Reboelje "slechts" een gewone concert-reeks, waar de mogelijkheden, hoe beperkt ook, ten volste worden benut. Bovendien is er plaats voor nieuwe nummers die nog in de kinderschoenen staan; gastmuzikanten komen en gaan en Reboelje speelt zelfs enkele opmerkelijke covers.

De verzamel-cd 'Hotel Reboelje' wordt samengesteld en uitgebracht ter afsluiting van de Hotel concerten. Naast de muziek zelf is het de bijzonder fraaie box-verpakking van de cd die de aandacht trekt, alsmede het hierin opgenomen fotoboekje dat, zoals je kunt verwachten bij Reboelje, meer vragen oproept dan beantwoordt. Net als de voorgaande Reboelje-produkties, leidt ook 'Hotel Reboelje' tot uitstekende recensies. Enkele citaten:"Een keur uit het oeuvre van een band die hopelijk nog lang niet uitgespeeld is" (Leeuwarder Courant) ."Een persoonlijke, poëtische popstijl. Atmosferische en rijk gearrangeerde folky popmuziek met blijk van eigen visie" (Oor). "Reboelje verdient als geen ander een landelijke doorbraak. Met 'Hotel Reboelje' moet dat zeker kunnen" (Fret). "Nergens is sprake van muziek om bij onderuit te zakken" (Newfolksounds).

De release van de single 'It Famke, de Hûn en de Houtkapper' is voor VARA-dj Henk Westbroek aanleiding om Reboelje opnieuw in zijn programma 'Denk aan Henk' uit te nodigen om live een aantal nummers te laten horen. Kort daarna is Reboelje te zien op Veronica televisie en volgt er een live optreden voor het NCRV- programma 'Volgspot Live'. Op de radio valt ook het opmerkelijke nummer 'Marije Maria' te beluisteren. Een fascinerend nieuw Reboeljenummer dat - zonder dat het op plaat of cd is verschenen - al de 'Friese top 50 aller tijden' blijkt te behalen. In 1998 wordt 'Marije Maria' op cd-single uitgebracht.

Een jaar later wordt er nog een single van de cd 'Merkeman' uitgebracht. Het is 'In ny begjin'. De bijbehorende videoclip is regelmatig om de friese tv-zender te zien. Tijdens de jaarlijkse fanclubdag wordt in 1999 een nieuwe mini-cd gepresenteerd. De cd 'Yn in sabeare wrâld', die niet in de winkel te koop is bevat de vier eerste nummers van Reboelje uit 1987, die tot dan toe alleen op cassette waren uitgebracht.

In de zomer van 1999 is op de landelijke tv een half uur durend programma te zien over de band Reboelje. De door Piter Tjeerdsma knap samengestelde documentaire geeft een mooi overzicht van de dan huidige status van de band, gecombineerd met prachtig archiefmateriaal uit de begintijd van Reboelje. Er zijn zelfs beelden te zien waarop de jongens op twaalfjarige leeftijd al met elkaar musiceren, waarbij een barkruk als drumstel fungeert.

In de zomer van 1999 is Reboelje ook te zien in een reeks concerten tijdens het Oerol festival op Terschelling. De speciale concerten vinden plaats in en om de kerk in Midsland. Hierbij wordt samengewerkt met Femmes Vattaal, een groep vrouwelijke slagwerkers die gebruik maakt van olievaten om de muziek van Reboelje te ondersteunen. De samenwerking met Femmes Vattaal gaat nog een tijdje door op het vaste land. De gezamenlijke optredens trekken veel publiek. Bij wijze van afwisseling geeft de band zo nu en dan een theaterconcert. Ook deze concerten zijn meestal stijf uitverkocht.

Kracht van Reboelje op dat moment is de ontwikkeling die zich niet beperkt tot muzikaliteit, maar gericht is op een veel bredere en meer geïntegreerde aanpak van muziek en andere kunsten. Natuurlijk was het totaaltheaterstuk 'De Brulloft'; hiervan al een treffend bewijs. Maar ook de 'gewone' concerten van Reboelje zijn anno 2000 meer dan opmerkelijk te noemen. Door de steeds weer verfrissende aanpak kan Reboelje beschouwd worden als één van de interessantste Nederlandse popgroepen van dat moment.

Het is dan 'Simmer 2000' en in Friesland is een grote Friezen-reünie aan de gang. De provincie staat bol van vooral muzikale en culturele activiteiten. De friese muziek zit op dat moment behoorlijk in de lift. Reboelje trekt z'n eigen plan en gaat na een druk halfjaar van optredens de Tremp-studio in het friese Beetgum in. Er zijn intussen genoeg nummers om twee cd's mee te vullen. De eerste, 'De Oere 0 #1' komt in september uit en wordt gepresenteerd in Leeuwarden en Heerenveen. In een mede door fans opgebouwd decor speelt Reboelje de nieuwe cd, aangevuld met een aantal oudere nummers. Deel #2 zou hetzelfde jaar nog uit moeten komen, maar omdat de eerste enigszins vertraagd is wordt dat niet gehaald. Het eerste nummer van de cd is 'Paradys #1'. Het is een instrumentale, een ander paradijs dan dat uit Fryslân 500. De single 'De lêste nacht' die voorafgaand aan het album uitkomt doet het uitstekend tijdens de live-optredens, maar wordt verder niet opgepakt. De cd, waarop ook Femmes Vattaal en percussionist Sytze Pruiksma meespelen loopt overigens erg goed en groeit uit tot meest verkochte Reboelje-cd.

Eind 2000 wordt de 'HOTEL-tour' nog eens dunnetjes overgedaan. Zonder gastoptredens deze keer, maar wel iedere keer een volle bak. Vier zaterdagen achter elkaar staat het hotel op stelten. 2001 begint meteen spetterend, althans voor de fans. Tijdens de fanclubdag op 7 januari in Bolsward wordt de gehele cd 'Magysk Teater' uit 1991 live gespeeld. Niet lang daarna is er in Friesland geen enkele MT-cd meer te koop. Wie denkt dat Reboelje druk bezig is met deel 2 van 'De Oere 0' komt bedrogen uit. Het barst dat eerste halfjaar opnieuw van de optredens. De groep 'trouwe' fans zwelt geleidelijk aan. Een aantal van hen beschrijft de optredens soms tot in detail. Sommige van hen achtervolgen de band tot in Rotterdam, waar de band in een programma van Radio Rijnmond mag optreden. Nog steeds is de formule met de Femmes Vattaal niet uitgewerkt. In juli 2001 slopen zij tijdens een optreden twee auto's. Zij zijn hiertoe uitgedaagd door Sjerp Jaarsma, een organisator die later bekend wordt door in Amsterdam 'Heineken-rondleidingen' te verzorgen. Tijdens dit optreden speelt Reboelje een nieuw nummer van zo'n 20 minuten. De werktitel is 'De ein'.

In september 2001 laat Reboelje opnieuw van zich horen. In het diepste geheim is gewerkt aan een muzikale opening van het nieuwe gemeentehuis van Wûnseradiel in Witmarsum. Het resultaat is een sprankelende cd van bijna 30 minuten. De cd is alleen als relatiegeschenk te verkrijgen. Een variatie op 'Heitelân' is wel het meest aansprekende nummer op deze cd waaraan een aantal nieuwe artiesten meewerkt. Naast Reboelje en Femmes Vattaal doen Hans Boschma (trompettist), Flat-Out (3 zangeressen die later Three-ality gaan heten) en het koor Lokatie 17 o.l.v. Rinke Schroor (Rinke en Wietske) mee. De samenwerking met Femmes Vattaal neemt daarna geleidelijk af, maar met Hans Boschma en Flat Out wordt in dat winterseizoen nog een aantal spetterende live-optredens verzorgd. Eind 2001 treedt de band op in Thialf tijdens de eerste Fryske Stjerrejûn. Het friese publiek kiest drie nummers in hun top 25. Ook is er optreden in Amsterdam tijdens de dag van de friese literatuur. In een bericht aan de fans laat Reboelje weten in het vervolg meer (semi-)professioneel te willen werken. Er gaan meer optredens komen en ja, zelfs cd's.

In het voorjaar van 2002 staat Reboelje als slotact op de Aaipop-reünie, daar waar het in 1988 allemaal is begonnen. Alweer blijkt dat de inmiddels langverwachte cd niet komt. Een nieuw project ziet het levenslicht. Dankzij een provinciale subsidie kan er muziektheater gemaakt worden over de friese schilder Boele Bregman (1918-1981). Bandlid Durk Hogendorp is de grote inspirator van dit project. Voor het eerst wordt het schrijven van de songteksten uitbesteed. Schrijfster Baukje Wytsma kwijt zich van deze taak en schrijft een tekst bij zo'n 15 schilderijen. Het theatrale concept wordt uitgedacht door kunstenaar Henk de Boer en verder uitgewerkt door Buog (bedenkers en uitvinders van ongewone gebeurtenissen). Het gezelschap bestaat naast Reboelje uit Three-ality en het brulkoor KGB uit Kûbaard en zet 10 uitverkochte voorstellingen neer in Leeuwarden, Franeker, Dokkum en Wommels. De bezoekers, die merendeels erg enthousiast zijn willen graag de cd van dit project, maar het is op dat moment nog uiterst vaag of die cd er komt.

Tijdens Blau Paradys gaan er geruchten over alweer een nieuw project dat op stapel staat. Als blijkt dat er niet voldoende subsidie beschikbaar komt wordt besloten eerst de bijna vergeten cd uit te brengen. Bandlid Tsjerk Bootsma doet zijn 'Hotel Reboelje' na vijf jaar van de hand en betrekt een boerderij in Kûbaard. Zijn drukke bestaan als horecaman verruilt hij voor een toekomst in de muziek. Reboelje heeft de oefenruimte in Ried dan al een tijdje verlaten en oefent noodgedwongen in een oude schuur in Engelum. Het is dan ook logisch dat er niet lang daarna in die boerderij een nieuwe oefenruimte/studio wordt betrokken. Tsjerk is na Marius de Boer het meest productief met het schrijven van muziek en heeft nu alle tijd om nieuw materiaal te componeren.

Het succes van Reboelje gaat trouwens niet ongemerkt voorbij. Op 21 november 2002 reikt de provincie voor het eerst de Bernlefpriis uit. Reboelje is samen met acht andere artiesten/groepen genomineerd en wint de prijs. De inkt is nauwelijks opgedroogd als blijkt dat het nieuwe project toch uitgevoerd gaat worden. Dat project is een rockopera over de friese dichter en leraar Gysbert Japicx (1603-1666). De live-optredens nemen begin 2003 in frequentie af omdat er haast gemaakt moet worden. Ter gelegenheid van het Gysbert-jaar moet het project begin september al uitgevoerd worden. Besloten wordt opnieuw een aantal deskundigen in te huren, zowel voor de songteksten, script, acteurs, vormgeving en de regie. Tijdens de fanclub-kaatsdag in mei wordt alvast een kleine set ten gehore gebracht. De verwachtingen zijn dan hooggespannen. Niemand rept nog over een nieuwe cd, maar wil straks een dvd.

Voor menige fan stort de wereld bijna in als Marius de Boer bekend maakt zich uit het Gysbert-project terug te trekken. Er volgt weinig informatie over de reden van zijn time-out behalve dat hij zich wil beraden op zijn artistieke en muzikale inbreng. De rest van de band gaat door, moet door en vindt in Tseard Nauta (ex-Di Goijm) een prima vervanger voor Marius. Het wegvallen van De Boer wordt nagenoeg onzichtbaar door gastzang van acteur Freark Smink en Ramsk-zanger Piet Douma. De hele zomer wordt geoefend in en gebouwd aan het decor in de ruïne van de Broerekerk in Bolsward. Vlak voor de première laat schrijver Wilco Berga via de pers weten afstand te doen van 'zijn' opera. Naar zijn mening is er te weinig van zijn oorspronkelijk bedoelde script in de productie verwerkt. Desondanks zijn de acht voorstellingen stijf uitverkocht. Reboelje staat weer volop in de schijnwerpers en het wachten is op wat er gaat gebeuren.

Het nieuws laat niet lang op zich wachten. Op 2 november 2003 besluiten de bandleden er een punt achter te zetten. Marius de Boer geeft 3 dagen later in de persconferentie aan dat de bandleden zich individueel en op hun eigen manier hebben ontwikkeld. En dat het daardoor steeds moeilijker wordt een gezamenlijk product af te leveren waarin ieder zijn bijdrage herkent. Zonder echte grote landelijke bekendheid lijkt Reboelje dan toch ten onder te gaan aan het eigen succes. Of toch niet? Tsjerk Bootsma benadrukt dat deze vriendengroep ook als vrienden uit elkaar gaat en dat deur wat hen betreft dicht is, maar niet op slot.

Het zal dan misschien ook niet erg lang duren totdat iemand de stoute schoenen weer aantrekt en van zich laat horen. In ieder geval ligt er voor de fans nog een daverend slotoptreden in het verschiet.

(KSS/TdG)