Wommels, it Dielshûs 24 maart 2001
Het onderstaand verslag is niet zomaar
een neutraal verslag van het optreden van gisteren. Misschien dat een ander
dat nog doet. Voor mij was het een optreden waar ik lang naar uit heb gezien.
Het moest ook wel een goed concert worden, want ik had maar liefst een groep
van twintig man/vrouw uit Leeuwarden/Hurdegaryp/Hallum meegenomen. Een aantal
daarvan kende (nog) helemaal geen muziek van Reboelje, Femmes Vattaal of Piter
Wilkens. Het zou al mooi zijn als ze konden genieten van het sfeertje...Door
die groep (ze moesten ook gevoerd en vervoerd worden) was aan deze dag nogal
wat voorbereiding vooraf gegaan. Nummer 20 was pas die middag aan de groep toegevoegd.
Ik had nog een kaartje over en zo kon Jenny haar vader meenemen. Nou moet je
niet direct denken aan iemand van een jaar of zeventig. Hij is maar een paar
jaartjes ouder dan mn oudste zus die ook mee was. De rest van de groep
bestond uit mn vier broers (allemaal snoden), oomzeggers met aanhang en (sport)vrienden. Het begint
allemaal op het Leeuwarder autobusstation. De "busje komt zo"-sfeer
zit er al aardig in en als we eenmaal (nog niet ontsmet) in de bus zitten hebben
we het gevoel op schoolreisje te zijn. De meeste van ons hebben al in geen jaren
meer in een bus gezeten en zitten niet zo comfortabel. Gelukkig duurt de reis
niet lang en zijn we net na 19.00 uur al in Wommels of all places. It Reade
Hynder staat al op ons te wachten met een buffet aan Oosterse gerechten. We
zijn al een beetje onderweg naar Medusa. Vooral de Chinese stokjes zorgen voor
een verhoogde feestvreugde. Niet zozeer om ermee te eten maar ritmisch tikken
we op glazen, asbakken en op elkaars hoofd; de Josti-band doet het ons niet
na. Na de eerste ronde is het vlees al op. De Keurslager van Wommels zag ik
afgelopen week nog op tv. Hij had nog wel voor een dag of tien vlees in de koeling,
dus daar kan het niet aan liggen. Dat wordt droge bami en droge nasi eten. We
spoelen het weg met spraakwater en als we bijna vol zijn komt er toch nog vlees.
Een aantal heeft inmiddels bedacht dat je met bevochtigde servetten ook een
spelletje kunt doen. Probeer ze in de potten te mikken die boven de deuropening
staan. Nou, ik zal jullie de verdere onsmakelijkheden besparen.
Inmiddels is het kwart over negen en sluiten we dit deel af. Net als de 45-jarige
Douwe P. te A. (voorzitter van jullie fanclub) polshoogte wil nemen verlaten
wij het paard en gaan we, onder het uitkramen van o.a. "Ik haw it sa kâld"
en "ek al haw ik pikefel, ik bin gjin liger", op weg naar it Dielshûs.
We zijn precies op tijd om te zien dat Piter de spits afbijt.
"It paad werom", zingt hij. Ja, we moeten per slot van
rekening ook weer eens terug, dat klopt. Als het goed is in taxi-busjes. Daarom
eerst maar wat muntjes halen. Intussen kijk ik wat om me heen. Niet iedereen
van de Reboelje-familie heeft de reis naar Wommels ondernomen, maar de harde
kern is er. Ook de jarige Heine (zie verslag van Burgum) en zijn zwangere vrouw.
Parrega en Hijlaard zijn present, twee afgedwaalde friezen uit Delfzijl, de
Reade, de dumny (dat denken mijn broers) fan Wommels, beter bekend als Sibe,
grutte Monte uit Wierum met zn twee onbekende vriendinnen, Sytze He Was(h)
Machine, de bardame die ons nog van vorig jaar herkent en nog zon 700
andere liefhebbers. Intussen is Piter Wilkens alweer een heel eind het pad terug
gegaan en wel naar de tijd van Pake syn wein. Hij komt deze keer veel beter
tot zn recht dan vorig jaar hier in Wommels. Toen viel soms ineens het
geluid weg en nu niet. Bovendien heeft hij zn eigen hondstrouwe publiek
vooraan het podium. Jenny danst met hen net zo vrolijk mee om nog meer in de
stemming te raken. Anita ("ik bin viefendreitich") probeert vier jongens
in het fries te woord te staan, maar het lijkt meer op duits. Samen met Jenny
komen ze er wel uit. Als ik om het volgende biertje ga en alleen maar vrolijke
mensen zie voel ik me net een Canadees op de grote friezen-reünie. Henkie Cola!
Ineens komt van overal bier aangereikt en hoop ik alleen nog maar dat ik het
einde van de avond nog enigszins bewust kan meemaken. Eerder dan ik had verwacht
komt Reboelje op en spreekt Tiede de historische woorden "It is goed om
wer thús te wêzen". In plaats van instemmend gejuich sterven deze mooie
woorden in schoonheid. De een na de ander roept al verzoeknummers nog voordat
er één noot gespeeld is. Luie Jan wil zo graag "It tongert net mear",
maar meer dan een paar noten van het intro krijgt hij niet. Wat ik no
wurklik bin...
Het eerste nummer is De lêste nacht en staat direct als een huis.
Achteloos werpt Marius het hem toegereikte songbook weer weg; hij kent de teksten
voor vanavond allemaal uit het hoofd. Myn freon en Dyn Prins zijn van hetzelfde
kaliber. Keserà geeft mij tijd voor een ronde langs mn groep. Ze zeggen
allemaal dat ze het leuk vinden; dat valt niet tegen, maar you cant always
get what you want. Tijd voor een biertje. Johanna
is er ook weer bij en doet mee op In nij begjin en Simmersliep (de
oere komt der hast wer bij). Een echt feestnummer is Noemerke 12, maar dan moet
je zelf wel mee la-la-lallen. De snoden leren snel en lallen vrolijk mee. De
maaitiid komt tichterbij voor De fûgel yn dy. Die kent onze Willem maar al te
goed. Hij zingt van begin tot eind mee. Der is net mear is tevens het startsein
voor de Femmes Vattaal. Voorin halen ze de stokjes van het Indisch buffet tevoorschijn
en de Josti-band is weer compleet. De Winternacht nog en dan zit deze set er
alweer op. Wat ging dat snel. Femmes Vattaal gaat nog even door. Dat geeft mij
de gelegenheid de contacten weer wat aan te halen. In de pauze komen de sterke
verhalen los, hoewel Cambuur echt met 3-0 heeft gewonnen. Iemand had nog een
mop over een plassende kabouter en verder werd er stevig gedronken. Dan maar
weer eens om het hoekje kijken want Piter is al weer bezig. Ik heb me dan al
bij het idee neergelegd dat ik niet alle gespeelde nummers van deze avond kan
onthouden. Reboelje laat meestal wel een setlist achter, maar Piter speelt gewoon
wat we vragen. Zoals de knoopkes, dûnsje mei dy, greideroas en (na enige aarzeling)
dykskiep. Van Douwe, die nu al tot stagemanager is gepromoveerd, mag hij nog
wel even doorspelen. Het gaat ook zo lekker en we doen allemaal vrolijk mee.
Het is al zondag als Reboelje voor de tweede keer opkomt. Met een knipoog naar
de MKZ-crisis brengen ze de Merkeman. Wat mij betreft dragen ze het nummer op
aan Arie Oerlemans, "de boer yn oarlochstiid", waarover een groot
artikel in de LC van zaterdag stond. Aangrijpend was zijn verhaal. "Moat
it no sa!" stond er te lezen. Marius kan er zo een lied over schrijven,
al zou je zeggen dat Hark Hark al voor de familie Oerlemans is geschreven. De
Merkeman klinkt iets anders doordat Marius zn keyboard laat voor wat het
is. Het nummer Hein begint meer en meer te swingen en wij halen de stokjes weer
tevoorschijn. Hanneke doet, terwijl ze onze stokjes moet ontwijken, verwoede
pogingen materiaal voor de fotopagina te schieten. Ik ben blij dat It famke,
de hûn en de houtkapper weer op de setlist staat, want anders moet ik dat weer
een jaar lang van mn broers aanhoren. Ze gaan heeelemaal uit hun dak.
Tjerk,
die we nog maar één keer gehoord hebben, heeft daarna nog stem over voor It
folksgerjocht. Even wat gas terug, dus even tijd om de keel te smeren. Gelijk
maar even rond kijken waar de rest van de groep gebleven is. Schoonpa (hij is
deze avond de enige met een stropdas, zie verslag Koornbeurs) heeft een zitplaats
... aan de bar in het café. Ook al ziet hij daar de band niet spelen, hij vermaakt
zich daar prima en loopt langzaam vol. Hij kan niet linksom vallen, want daar
staat een wand. Als ie rechtsom valt wordt hij wel opgevangen door een stoere
knaap die een beetje op hem past. Maar wees gerust, hij valt niet om.Dan maar
even op het balkon kijken. Het is er lekker donker en warm. Sommige mensen hebben
de ogen dicht. Of dat door Langstme komt weet ik niet, maar het schijnt dat
er echt een aantal mensen, waaronder mn oudste zus in slaap gevallen is.
Ik ben net op tijd voor aan het podium terug om "in wrâld fol snie!!!"
mee te brullen. Gjin liger klinkt weer als vanouds alhoewel ik me achteraf realiseer
dat ik op dat moment niet meer 100% bewust met de zaken bezig ben. Ik neem mezelf
voor niet vervelend te gaan doen, want daar heb ik zon hekel aan bij aangeschoten
volk...Het lied over de Mânlju en de macht vormt een perfecte overgang naar
De spaansche mich. Uiteraard doen daar de Femmes weer op mee. In een flits zie
ik dat Rommert
het ook prima naar de zin heeft. Hij staat al te drummen, heerlijk!
Lytta vesicatoria voor de meezingers. Voorin wordt volop rondgedraaid tijdens
"Doch de raaie" en als we uitgedraaid zijn gaan we met zn allen
naar Medusa. Het is zo langzamerhand verplicht repertoire maar met Tjerk op
de dwarsfluit en de Femmes die zo heerlijk aanvullen blijft het een genot om
deze reis te maken.Femmes gaat daarna nog even door en misschien is Piter ook
nog op het podium geweest, ik zou het echt niet meer weten. Ik liep net een
rondje om de kerk: De deade man efternei! Het slot van deze avond is ingezet.
Hanneke heeft intussen ruzie met de flitser. Met Marije Maria richt de hele
zaal zich op om mee te zingen. Iedereen houdt ineens evenveel van Marije, dat
kan nog weleens lastig worden, Marius. Het mooiste nummer van deze avond, dat
kan ik - aangeschoten dat ik ben, nog wel constateren, is voor het laatst bewaard.
Met Trije gaat nog net niet het dak eraf, maar een heksenketel is het wel. Een
compliment aan het publiek dat zo geweldig meedoet en ook nog stem heeft om
het Magysk Folksliet "hee-o-e-o-o, hee-o-e-o-o-e-o" aan te heffen.
"It is goed om wer thús te wêzen". It is op,
it is oer, it is foarby. Der
is net mear.
Na afloop moet er nog bijgepraat worden en komen de verhalen natuurlijk los.
Het is maar goed dat om 03.00 uur de taxi komt want anders was ik nu nog in
Wommels en hadden jullie dit verslag niet kunnen lezen. Excuus voor de hiaten
in het geheel. Ik zal de volgende keer proberen nuchter te blijven zodat ik
een iets uitgebreider relaas kan optekenen. Ik wil dit verslag graag afsluiten
met een tekst van Marius die mij deze zondag maar niet wilde loslaten en ik
weet wel zeker dat die tekst niet alleen voor mij opgaat.
Dizze dei fan de wierheid - Rin ik de hiele middei al rûn - Skjin myn
nocht fan e drokte - Sykjend om in skûlplak, in stikje groun - Dêrt
ik allinnich bin en dreame kin oer juster - En dêrt net ien my fyne sil
- Dizze jûnWurger wurd ik wurger - Alles draait yn my om - Mar te benaud bin
ik om my hjir del te jaan - En myn eagen ticht te dwaan - Myn mûle is droech
en myn holle bonkt mar troch - Ik wit wier net wêrt ik nei ta moat - Dizze
jûn
Teade
P.S.: Geloof
het of niet, maar Jenny heeft een tic. Amper wakker en Medusa schalt alweer
door de speakers en in bed zing ik zacht ... wekker wurde ... wekker wurde ...